Trainen in Suriname

Van 15 tot en met 18 april, was ik in Suriname. Samen met Leon de Wit, bestuurder van Rijn Heuvelland Zeist e.o., verzorgde ik een tweedaagse training over het High Performance Scholen Programma voor de leidinggevenden en een aantal leraren van scholen van de Evangelische Broedergemeente Suriname. Dit HPS-programma is door de internationale CBE-groep ontwikkeld in samenwerking met internationale topadviseurs.

Ik heb wel eerder workshops gegeven in het buitenland, meestal ver weg -Sjanghai, Auckland, Toronto, Tampa- maar die duurden nooit langer dan twee uur. Trainen buiten je eigen land is anders: veel meer  aftasten wat je toehoorders al weten, wat past bij hun cultuur en omgangsvormen, hoe je momenten van ontspanning invult en wie je bij de uitvoering van je training kunt betrekken. Humor inbrengen is lastiger, dat is toch erg gerelateerd aan cultuur.

De Stichting Onderwijs der Evangelische Broedergemeente Suriname (SOEBGS) wordt geleid door een directeur en een HRM-manager die allebei hun sporen in Amsterdamse besturen hebben verdiend, maar uiteindelijk teruggegaan zijn naar hun geboorteland. Zij hebben een hoge ambitie voor hun 16.000 leerlingen, die zijn verspreid over een groot deel van Suriname, dus ook in het binnenland. De directeur, mevrouw Mildred Demon, heeft CBE benaderd voor deze tweedaagse over HPS, nadat zij de conferentie “Making Shift Happen” in oktober 2011 in Amsterdam had bezocht. Onze tweedaagse heet dan ook “Making Shift Happen”.

Van de drie dagen, die ons bliksembezoek duurt, gebruiken we de eerste om met de onderwijsmedewerkers -consulenten, een combinatie van inspectie en ondersteuning-  van het bestuursbureau te spreken over wat de verwachtingen zijn. We inspecteren de locatie, op dat moment nog een verwaarloosd uitziende discotheek waar de airco uitstaat en WiFi niet werkt. We gebruiken onze waarnemingen om de basis Power Point die we hebben meegenomen van CBE flink aan te passen. In Suriname gelden nu eenmaal andere vanzelfsprekendheden dan in landen waar wel veel geld beschikbaar is voor onderwijs. Zo is de beschikbaarheid van schoolboeken geen zekerheid aan het begin van het schooljaar. Bovendien is er geen geld om deze te actualiseren en zijn ze dus van ver in de vorige eeuw.

Voor de training zelf hebben we gekozen voor een grote diversiteit aan didactische werkvormen. Daardoor wordt het volgen van de trainingsopzet al een oefening in het hanteren van een gevarieerd didactisch instrumentarium. Deze werkwijze heb ik een aantal keren zelf meegemaakt bij workshops van Michael Fullan en Joanne Quinn uit Canada.

Gelukkig heeft de zaal op de ochtend van de training een metamorfose ondergaan, de airco werkt en men heeft de WiFi voldoende versterkt om materiaal van internet te kunnen downloaden. We gebruiken beeldmateriaal van Sugata Mitra en de Khan Academy en zullen in overweging geven om in een keer van verouderd boek naar up-to-date digitaal over te gaan. Voorwaarde is dat de regering haar belofte nakomt om haast te maken met de aanleg van de ICT-infrastructuur. 

Voor de medewerkers van SOEBGS is dit de laatste week van het paasverlof. De leiding van SOEBGS draagt met succes uit dat het vakantie is voor de leerlingen, maar niet voor de medewerkers. Dat zou in Nederland toch tot stevige discussie over de interpretatie van de cao leiden. Hier zijn 150 medewerkers aanwezig. De directie organiseert deze bijeenkomsten  drie maal per jaar, ook met docenten, maar ze mogen niet te koste gaan van de onderwijstijd. Een bijzondere prestatie in een land waar de docent nauwelijks van het salaris kan rondkomen, vaak meerdere banen nodig heeft voor het levensonderhoud en de verlofperiode dus goed kan gebruiken voor bijverdiensten.

Tijdens de training vallen ons een aantal dingen op. De meeste deelnemers schrijven alles over van de gepresenteerde dia’s, terwijl we hebben toegezegd dat de teksten beschikbaar worden gesteld. Ik vermoed dat dit een nog veel toegepaste werkwijze is om kinderen te leren memoriseren, maar verzuim dit na te vragen. Verder zijn er grote verschillen tussen de deelnemers. Alle categorieën onderwijs zijn vertegenwoordigd: kleuter onderwijs, primair onderwijs en voortgezet onderwijs en daarvan zijn schoolleiding tot docenten in opleiding aanwezig. Er is een grote motivatie om te leren. Alleen feedback-oefeningen gaan niet erg soepel, maar dat zijn we in Nederland niet anders gewend. Telkens opnieuw leggen we uit dat open en eerlijke feedback de snelste en goedkoopste manier is om beter te worden.

Ik doe een poging tot humor, maar laat dat al snel aan de dagvoorzitter over, een ICT-ondernemer die zijn rol fantastisch vervult en bij elk optreden de lach in de zaal brengt.  Het accentverschil tussen Nederlanders en Surinamers maakt het erg moeilijk om elkaars humor te verstaan. Ironie komt dan niet over. Leon weet de zaal zover te krijgen dat men over en weer elkaars nek masseert als de after-lunch-dip wat al te hard is toegeslagen. Iedereen doet mee, de in Nederland gebruikelijke verlegenheid om elkaar aan te raken is niet aanwezig.

We werken drie dagen van ’s morgens vijf tot ’s avonds acht. Daarna dineren met onze gastheren. Nou ja, vooral gastvrouwen. Ook in Suriname is de feminisering van het onderwijs een feit. Op de tweede dag rijdt de chauffeur van SOEBGS ons nog een uurtje rond door Paramaribo, met als hoogtepunt het oversteken van de Suriname rivier over de Wijdenbosch-brug. We zien in elk geval nog iets van de ongekende diversiteit van de natuur. Verder ontdekken wij het land alleen door te praten met onze trainees.

We benadrukken dat veranderen moed kost. Dat je je nek moet durven uitsteken tegen de weerstanden in. Tegen medewerkers, ouders, culturen. Dat is een universeel gegeven. We onderbouwen ons verhaal met talloze verwijzingen naar het wetenschappelijk onderzoek. De zaal schrijft vrijwel alles op: deze mensen zijn gekomen om maximaal mee te nemen wat wij hen aanbieden. Na twee dagen is iedereen behoorlijk moe en zeker ook de trainers. Maar we vertrekken in flow na ontzettend positieve feedback van al die aardige, gemotiveerde mensen die drie dagen later weer, onder voor ons erbarmelijke omstandigheden, hun leerlingen begeleiden.

Terug in Nederland heb ik pas tijd om te reflecteren op mijn ervaringen. Ik kan het nog niet goed omschrijven waar dat in zit, maar ik voel me nu veel meer wereldburger dan ik voor deze driedaagse was. Wel een goed gevoel! 

Peter Overgaauw